Samenlevingscontract
Als je gaat trouwen of een geregistreerd partnerschap aangaat, regelt de wet van alles voor je. Voor samenwoners is er niets geregeld in de wet. Samenwonen wordt alleen genoemd bij bepaalde faciliteiten, vaak partnerpensioen. Als je in aanmerking wilt komen voor dergelijke faciliteiten, heb je vaak een notarieel samenlevingscontract nodig.
In het kort
Wij nodigen u uit om via deze website gemakkelijk en vrijblijvend een offerte aan te vragen. Wij zullen u dan zo spoedig mogelijk een antwoord sturen.
Met een notarieel samenlevingscontract leg je schriftelijk een aantal afspraken vast en sla je veel vliegen in één klap. Je regelt wat ieder van jullie in de huishoudpot moet stoppen, je profiteert van grotere belastingvrijstellingen en valt ook onder een lager belastingtarief bij een eventueel overlijden. Je legt bovendien elkaars woonrecht vast en regelt wie welk deel van de hypotheek betaalt.
Ook ontstaat er duidelijkheid over het bezit van de inboedel en wat jouw privé eigendom is en blijft. Tot slot regel je ook gelijk de vervelende zaken die aan de orde zouden komen als één van jullie overlijdt. Zodat daar nooit onduidelijkheid over kan bestaan tegenover welk familielid dan ook. Die afspraken gaan over jouw eigen juridische positie, over die van jouw partner en over die van jullie gezamenlijk.
Met goede afspraken blijf je gewoon van elkaar houden en sluit je heel veel mogelijke conflicten uit.
1. Inboedel
Ongeacht de toekomstige stituatie is het belangrijk dat altijd kan worden nagegaan wat van wie is. Bijvoorbeeld met het oog op schuldeisers of erfgenamen. Formeel gezien ben je eigenaar als iets aan jou geleverd is. Meestal is dat degene die het product gekocht heeft. Doorslaggevend is uiteindelijk op wiens naam het “roerend goed” staat. Dat kan blijken uit de tenaamstelling van een factuur.
Om hierover nooit in problemen te komen moet je een goede administratie voeren, facturen en bankafschriften bewaren, en aan het samenlevingscontract een lijst toevoegen waarop staat wat door wie afzonderlijk is ingebracht of gekocht en wat door jullie gezamenlijk.
2. Huishoudkosten
Wie betaalt wat, wie brengt wat in de huishoudpot? Zowel voor de toekomst als vanaf het moment dat jullie gaan samenwonen. Het kan zijn dat bijvoorbeeld één van jullie meer eigen geld inbrengt dan de ander. Je legt bovendien ook vast wie welk deel van de huur of de hypotheek betaalt. Dat is van belang voor eigendoms- en huurrechten die je individueel hebt. Je hebt daarmee – en passant – ook elkaars woonrecht geregeld.
3. Verblijvensbeding
Mocht één van jullie onverhoopt overlijden en wil je als achterblijvende partner in het huis blijven wonen, dan heb je een zogenaamd verblijvingsbeding nodig. Die kun je opnemen in het samenlevingscontract. Daarmee zorg je ervoor dat de andere partner bij overlijden of failissement de gemeenschappelijke goederen helemaal in eigendom krijgt. Dit is fiscaal voordelig als je nog niet in aanmerking komt voor de partnerschapsvrijstelling voor erfbelasting. Je hoeft dan toch geen erfbelasting te betalen.
Als je andere voorzieningen wilt treffen voor na jouw overlijden, dan heb je wel een testament nodig. Zonder testament krijg je erfrechtelijke problemen. Regel het, het scheelt je uiteindelijk veel onrust en veel geld.
In het gesprek met de notaris komt verder aan bod:
- Gezamelijke woning
- Eigen geld
- Partnerpensioen
- Fiscaal voordeel
- Wel of geen erfgenaam
- Kinderen
- Uit elkaar
Klik hier voor een checklist, zodat je goed voorbereid het gesprek met de notaris in gaat.
Dit is overigens geen verplichting, het mag.